Min-suh uit Noord-Korea noemt de radio haar hoopmachine

Min-suh veegt het zweet van haar voorhoofd. Het is warm en vochtig weer. Tevreden kijkt ze de kamer rond die ze zojuist heeft schoongemaakt. Ze woont in een bescheiden huisje in China, langs de grens van Noord-Korea.

Even denkt ze terug aan het huis in Noord-Korea waar ze opgroeide. De kamer was gezellig en vol ingericht toen ze nog een jong meisje was. Ze hadden zelfs een televisie. Maar tijdens de hongersnood in de jaren negentig verkochten haar ouders alles wat ze hadden, stuk voor stuk. Eerst de televisie en toen gingen de meubels de deur uit. Totdat alleen nog de twee portretten van de Kims in de kamer hingen. Haar moeder stofte de portretten trouw elke morgen af. Zou ze dat nu nog steeds doen?

Bang voor Noord-Koreaanse politie

‘Min-suh!’ Ze schrikt op uit haar gepeins als ze haar man hoort roepen. Hij is herstellende van een longontsteking. Ze loopt naar hem toe in de andere kamer, waar hij in bed ligt. Hij kijkt haar aan, een traan loopt over zijn wang. ‘Ik moest je even zien.’ Teder wist Min-suh met een zakdoek het zweet van zijn gezicht. ‘Wat is er?’ vraagt ze terwijl ze zijn hand pakt. ‘Min-suh, ik ben zo bang dat het een keer misgaat. Ik wil je niet kwijt.’ De koorts heeft zijn angst voor de Noord-Koreaanse politie, die zelfs aan deze kant van de grens vluchtelingen oppakt, verhevigd. Ze begrijpt hem wel. Ook haar slaat de angst soms om het hart, als ze eraan denkt dat ze opgepakt kan worden. Ze wil niet op transport naar Noord-Korea gezet worden!

Vluchten

Als jonge Noord-Koreaanse vrouw was ze de grens overgegaan naar China. Haar leven in Noord-Korea was voorbij. Haar broer was letterlijk verhongerd. Zijn laatste woorden waren: ‘Min-suh, kun je voor mij van die heerlijke noedelsoep maken?’ Haar moeder raakte in een depressie, omdat ze dacht dat het haar schuld was dat haar zoon was gestorven. Toen Min-suh hoorde over het leven aan de andere kant van de rivier, waagde ze de vlucht zodra ze de kans kreeg. Zonder dat iemand het in de gaten had sprong ze op een trein die naar een stad vlakbij de grens ging. Het laatste stuk naar de grens liep ze door ruig bergland. Uiteindelijk waadde ze door de rivier, die Noord-Korea en China van elkaar scheidt. Het was haar gelukt! Maar wat ze vervolgens meemaakte, was ook niet gemakkelijk. Ze moest heel wat ontberingen doorstaan.

Vrouwenhandel

Op het nippertje ontkwam ze aan mensenhandelaren. Vanwege het grote tekort aan jonge vrouwen in China, tiert de vrouwenhandel aan de grens welig. Ook zij was bijna als bruid verkocht aan een Chinese man. Er was zelfs al voor haar betaald, maar christenen, waaronder Han Xing, redden haar en brachten haar naar een schuiladres. Daarna ging ze mee naar hun kerk en zo leerde ze Han, een Chinese Koreaan, beter kennen. Zijn grootouders waren in de jaren dertig van de vorige eeuw naar China geëmigreerd. Han legde haar de Chinese cultuur uit en ook vertaalde hij de diensten in de kerk voor haar. Ze was dankbaar voor haar redding, maar een persoonlijke relatie met God kon ze niet aangaan. Het was te moeilijk voor haar. Haar moeder en zusje in Noord-Korea waren ook christenen. Maar Min-suh had nooit begrepen waarom ze zulke grote risico’s namen door in een andere God dan Kim Il-sung te geloven.

Arbeidsongeschikt

‘Alsjeblieft, hier heb je een glas water.’ Ze helpt Han rechtop te zitten. Door zijn diabetes heeft hij een lage weerstand en snel infecties. Nu weer een longontsteking. De diabetes heeft hem arbeidsongeschikt gemaakt, hij kan echt niet meer werken. Zelf heeft Min-suh een ernstige blaasaandoening. Eigenlijk zou ze daaraan geope- reerd moeten worden. Maar vanwege haar status als Noord-Koreaanse vluchteling, ondergedoken in China, is dit niet mogelijk.

Gebedsstrijder

Dankbaar kijkt Han haar aan en zegt: ‘Laten we bidden, er is er maar één die wil dat we bang zijn, maar wij zijn in Gods handen en Hij zorgt voor ons.’

Ze vouwen samen de handen en Han bidt: ‘Vader, we vragen om Uw bescherming. Wilt U met Uw engelenmacht ons huisje omringen en ook Min-suh. We bidden voor de gasten die straks weer bij ons komen. Help ons hen liefdevol te ontvangen. Heer, we hebben U en Uw Heilige Geest zo hard nodig. Geef dat we hen ook over U mogen vertellen. Amen.’

‘Amen!’ stemt Min-suh in. Han is een echte gebedsstrijder. Al is hij lichamelijk zwak, geestelijk is hij een reus in haar ogen!

Zus Danbi

In het begin van hun huwelijk begreep ze hem niet altijd. Ze bad voor de vorm met hem mee, maar het raakte haar hart niet. Op een bepaald moment kreeg Min-suh enorme heimwee naar haar familie en vrienden in Noord-Korea. Toen bad Han heel specifiek dat God haar zou troosten. Dat raakte haar hart. Na dit gebed stond ze op een dag op het busstation. Ze had boodschappen gedaan en kocht een kaartje voor de terugweg. Opeens hoorde ze een bekende stem haar naam roepen. Ze keek in de richting waar de stem vandaan kwam en tot haar grote verbazing zag ze haar zus Danbi! Huilend vielen ze elkaar in de armen.

Door een wonder herenigd

Danbi vertelde dat hun moeder haar naar China had gestuurd om haar, Min-suh, te zoeken. Een speld in een hooiberg… Maandenlang zwierf Danbi door China om haar te vinden. Toen ze het bijna had opgegeven, was ze weer gaan bidden.

Opeens had ze de drang gevoeld om naar het busstation te gaan. Ze deed het, ook al verwachtte ze er niet veel van. Op het station zag ze een vrouw staan met een dikke winterjas aan. Ze raakte geboeid en bleef kijken. De vrouw draaide zich iets naar haar toe… en ja, het was Min-suh! Zo waren ze als door een wonder herenigd. Danbi bleef bij hen logeren en vertelde Min-suh hoe God het leven van haar en haar moeder in alles had geleid. Hoe hun moeder ook weer haar kracht had terug- gevonden. Door het getuigenis van haar zus en als Gods antwoord op Han’s gebed leerde Min-suh Jezus Christus kennen als haar persoonlijke Redder en God als haar Vader.

Gevaarlijk werk

‘Heb je alles in orde gemaakt?’ Min-suh kijkt op uit haar gepeins. Aan het einde van de dag zal het netwerk weer een aantal “gasten” komen brengen. Han en zij zijn een schakel in het netwerk van Chinezen en Koreaanse Chinezen, die Noord-Koreaanse vluchtelingen helpen om door te reizen naar Seoel in Zuid Korea. Het is bijzonder gevaarlijk werk, maar vooral heel erg nodig. In China worden namelijk nog veel Noord-Koreanen opgepakt en gerepatrieerd naar Noord-Korea, waar hun een zware straf te wachten staat.

Grote dromenmachine

‘Ja Han, alles is klaar. Heb jij die radio nog gerepareerd?’ Op Han’s vermoeide gezicht verschijnt een glimlach. Met een grote zwaai haalt hij de radio onder zijn bed vandaan. ‘Alsjeblieft! Onze grote dromenmachine.’

Min-suh lacht. Het is erg grappig om te zien hoe sommige vluchtelingen reageren als ze voor het eerst in hun leven een “vrije” radio zien en horen. Niet zo’n radio waarvan de knop vaststaat op één regeringszender, maar eentje die ook afgestemd kan worden op stations die dagelijks uitzendingen verzorgen voor Noord-Korea en Noordoost China. Radiozenders, gesubsidieerd door christenen en organisaties uit vrije landen.

Radio in hun eigen taal

Gebiologeerd luisteren de gasten dan in hun eigen taal naar nieuws, echt totaal ander nieuws dan wat ze horen in Noord-Korea! Eén van hun gasten noemt de radio altijd een dromenmachine. Misschien omdat hij dingen hoort waar hij in Noord-Korea alleen maar van kon dromen.

Toch zijn er ook luisteraars van wie de ogen met een blik van herkenning oplichten als ze de radio zien. Zij weten ervan en vertellen hoe ze ’s avonds thuis in het diepste geheim luisterden en daarna vaak de radio in de grond verstopten om niet betrapt te worden. Was dat wel gebeurd, dan hadden ze zeker een straf van tien jaar werkkamp gekregen.

Hoopmachine

Min-suh noemt de radio liever haar hoopmachine. Elke avond worden de kamers in hun huisje gevuld met het geluid van christelijke programma’s. Hoop voor vrouwen is haar favoriete programma. Het geeft haar zoveel inzichten. Ze heeft bijvoorbeeld geleerd over vergeving, maar ook hoe ze om kan gaan met diep verdriet zoals het verlies van haar broer. De woorden in haar eigen taal zijn voedsel voor haar ziel. En al is het een programma voor vrouwen, Han Xing luistert graag mee. Wat is het toch geweldig mooi dat de vluchtelingen Gods Woord in hun eigen taal kunnen horen en erdoor getroost worden! God geeft Han en haar veel genade dat ze ondanks hun gezondheidsproblemen anderen steeds weer onderdak mogen geven en het evangelie vertellen.

Met een blij hart zet Min-suh de radio op een centraal plekje in de gastenkamer. Stilletjes bidt ze dat dit instrument een kanaal mag zijn waar Gods liefde doorheen zal stromen naar elke bezoeker die in deze kamer komt.

Het verhaal van Min-suh komt uit het boekje ‘Ik ga voor je uit’ van Trans World Radio. Klik op de link onderaan dit artikel om het gratis boekje met getuigenissen te bestellen (verzendkosten bedragen 2 euro).

TWR boekuitgave Ik Ga Voor Je Uit
© Henk-Jan Oudenampsen
10-04-2015
Evangelisatie
https://www.ikgavoorjeuit.nl

Christelijk Nieuws
ChristelijkNieuws.nl maakt gebruik van cookies